
Bertinus Buitenhuis met zijn trouwe viervoeter in 1929
Bertinus Hermanus Buitenhuis werd geboren op 22 april 1860 in de Apeldoornse wijk Kerschoten. Hier groeide hij op in een timmermansfamilie, maar Bertinus ging op jonge leeftijd aan de slag als boerenknecht. Later werd hij dagloner, waar hij op het land van rijkere boeren werkte.
Op 11 september 1886 trad Bertinus in het huwelijk met Johanna Willemina Alink. Het stel vestigde zich in Apeldoorn en kreeg vier kinderen. Hun eerste zoon, Hermanus, werd geboren in 1887 en leefde een lang leven tot 1967. Twee jaar later werd Marinus Albertus geboren, die in 1944 overleed. In 1890 kregen Bertinus en Johanna een derde kind, dat helaas levenloos werd geboren. Hun jongste zoon, Gerrit Jan, zag in 1892 het levenslicht en zou uiteindelijk tot 1968 leven.

In 1906 kocht Bertinus voor 1135 gulden een bescheiden woning aan de Noord-Apeldoornseweg 54. Dit was een belangrijke stap voor hem, want rond deze tijd begon hij een nieuwe onderneming: hij werd petroleumventer. Een petroleumventer was iemand die langs de deuren ging om petroleum te verkopen, een brandstof die in die tijd veel gebruikt werd voor verlichting en verwarming. Bertinus was een van de vele kleine zelfstandigen die met een handkar, vaak getrokken door een hond of paard, de straten afliep om zijn koopwaar aan te bieden. Zijn vaste klantenbestand groeide gestaag, en Bertinus werd al snel een bekende verschijning in Apeldoorn.
Het geluk bleef echter niet altijd aan zijn zijde. Op 12 april 1919 overleed zijn geliefde echtgenote Johanna, wat een zware klap voor Bertinus was. Kort daarna besloot hij zijn huis aan de Noord-Apeldoornseweg 54 te verkopen. De woning bracht maar liefst 4040 gulden op, een aanzienlijke som geld voor die tijd. Bertinus verhuisde vervolgens een paar huizen verder naar Noord-Apeldoornseweg 58, waar hij enkele jaren woonde.

Ondanks zijn verlies en de veranderingen in zijn leven bleef Bertinus onvermoeibaar aan het werk. Iedereen in Apeldoorn kende hem als “de man met de pet”, die met zijn hond en handkar trouw de petroleum rondbracht. Zijn populariteit bleek wel toen hij in januari 1922 zogenaamd ziek werd. Dit werd in de krant gezet, zodat zijn klanten wisten dat ze tijdelijk geen petroleum van hem konden verwachten. Bertinus spijbelde want hij was destijds bezig met zijn verhuizing naar de Nood-Apeldoornseweg 8.


In zijn laatste jaren woonde Bertinus aan de Noord-Apeldoornseweg 8. Op hoge leeftijd bleef hij actief, al werden zijn stappen langzamer en zijn tochten korter. Uiteindelijk werd hij ziek en belandde hij in het ziekenhuis aan de Sprengenweg in Apeldoorn. Hier overleed hij op 13 april 1936, slechts enkele dagen voor zijn 76e verjaardag. Bertinus had een lang en arbeidzaam leven geleid.

