De brute dood van Evertine Hofstede

Op dinsdag 13 oktober 1981 verloor Apeldoorn een markante vrouw onder tragische omstandigheden. De 85-jarige Evertine Geessine Veenhoven, weduwe van ir. Gerrit Hofstede, werd dood aangetroffen in de flatwoning van haar kleinzoon, de 28-jarige Bas Hofstede.

Evertine Veenhoven, geboren op 17 juli 1896, was haar hele leven actief en zelfstandig. Ze werkte als medisch analist en gaf later les als onderwijzeres. Ze trouwde met ir. Gerrit Hofstede, hoogleraar aan de Technische Hogeschool Delft en later inspecteur-generaal van het beroepsonderwijs in Den Haag. Na zijn overlijden op 13 juni 1962 verhuisde ze naar Apeldoorn, waar ze zich vestigde aan de Berghuizerweg 138a. Ze leidde daar een bescheiden leven, geliefd bij haar familie en omgeving.

Bas Hofstede was een jonge man met een psychische voorgeschiedenis. Hij was eerder opgenomen in een psychiatrische inrichting, en in de weken voorafgaand aan het incident viel zijn gedrag opnieuw op door geluidsoverlast en verwarde handelingen. De politie werd op verzoek van omwonenden en de familie meerdere keren bij zijn flat aan de Saturnusstraat geroepen. Uiteindelijk besloot Evertine, die zich verantwoordelijk voelde voor haar kleinzoon, hem persoonlijk op te zoeken. Ze zei letterlijk tegen de politie: “Ik ben de enige die nog wat over hem te zeggen heeft.”

Wat volgde was een fatale wending. Volgens sectierapporten van dr. Zeldenrust probeerde Bas haar eerst de keel dicht te knijpen met een zogenoemde “omhelzing”. Toen dat niet lukte, sloeg en schopte hij haar, waarbij hij haar ribben brak. Een gebroken rib doorboorde een long, wat haar dood tot gevolg had. Ze overleed ter plekke, op brute wijze.

Bas raakte daarna volledig in de war. Hij probeerde het lichaam van zijn oma te verbergen onder meubels en huisraad, en stichtte brand in de flat. Politie en brandweer kwamen af op meldingen van rook. Toen agenten de woning binnenkwamen, troffen ze een ravage aan: brandende spullen, rook, chaos, en een verwarde Bas die op het balkon stond te klagen over dorst.

Pas nadat de brand geblust was en de woning werd doorzocht, vonden agenten het lichaam van Evertine Hofstede. Zij bleek met uiterlijke geweldsporen te zijn overleden.

Bas bekende tijdens verhoor de mishandeling en dood van zijn grootmoeder. Hij verklaarde dat hij zich al langere tijd geestelijk door haar onder druk gezet voelde en noemde haar “bedilzuchtig”. Vanwege zijn verwarde geestestoestand werd hij direct opgenomen in psychiatrisch ziekenhuis Veldwijk in Ermelo. Officier van justitie mr. Laurens Richard Montijn bevestigde de bekentenis, maar benadrukte dat er sprake was van psychische ontregeling.