
Gravure van de tuinen van Paleis Het Loo met op de voorgrond tsaar Peter de Grote.
Het was een warme zomerdag in 1717 toen er onrust ontstond rond Paleis Het Loo. Boeren legden hun werk neer, vrouwen riepen hun kinderen naar binnen om ze netjes te maken, en overal stonden groepjes mensen te fluisteren. Er was iets bijzonders op komst in Apeldoorn.
Langs de zandweg vanuit Amersfoort kwam langzaam een stoet koetsen dichterbij. De paarden, glanzend en sterk opgetuigd, stampten stofwolken op. Op de bokken zaten koetsiers in rijk versierde jassen. Achter de ramen van de koetsen zaten mannen met donkere baarden en warme bontkragen, terwijl de zon fel scheen. In de voorste koets zat hij: Peter Aleksejevitsj Romanov, tsaar van Rusland, bijna twee meter lang, met een scherpe blik en een houding die gezag uitstraalde.
Geen praatjes, maar fonteinen
Peter hield niet van lange ontvangsten en dure woorden. Hij wilde geen formeel hofgezelschap dat hem toesprak in rijk versierde zalen. Toen hij op Het Loo aankwam, maakte hij kort een buiging naar zijn gastheren, maar nog voordat het ontvangst klaar was, wees hij naar buiten.
“De tuinen,” riep hij, met zijn zware Russische accent. Hij wilde de fonteinen zien. Niet om er alleen naar te kijken, maar om te begrijpen hoe ze werkten.
Water dat uit zichzelf stroomt
Samen met een tuinmeester liep hij door de lanen van de tuinen. Zijn gevolg volgde hem op de voet, maar Peter liep zelf snel door. Hij luisterde aandachtig naar de uitleg over hoe het water vanaf de Veluwezoom via sprengen en beken naar het paleis werd geleid. Zonder pompen, alleen door hoogteverschil, spoot het water meters hoog.
Hij hurkte bij een fontein, liet het water door zijn handen stromen en knikte tevreden. In zijn hoofd maakte hij al plannen voor iets groters: de fonteinen van Peterhof, zijn eigen paleis aan de Oostzee.
Apeldoorn kijkt toe
Langs de paden en bij de hekken stonden tientallen Apeldoorners. Voor hen was het bezoek van zo’n machtige man iets heel bijzonders. Sommigen hadden nog nooit een Rus gezien. Kinderen keken vol bewondering naar de lange man in een eenvoudige jas, want ondanks zijn hoge positie droeg Peter vaak gewone, praktische kleding.
Er gingen verhalen rond dat hij zelf schepen bouwde, dat hij tanden trok en soms zelfs zijn eigen tanden om te oefenen. Niemand wist of het waar was, maar het maakte hem nog indrukwekkender.
Een kort bezoek met een lange herinnering
Peter bleef maar een paar uur op Het Loo. Na zijn wandeling door de tuinen bekeek hij kort enkele kamers in het paleis, maar zijn hart lag buiten, bij het water en de techniek. Tegen de middag stapte hij weer in zijn koets. De stoet vertrok over de zandweg richting het oosten.
Voor Apeldoorn bleef het een verhaal dat nog lang werd doorverteld: de dag dat de Russische tsaar kwam, niet om te feesten of zich met goud te omringen, maar om water te zien stromen.
En ver weg, duizenden kilometers verderop, bouwde hij later een paleis met fonteinen die nog steeds bezoekers van over de hele wereld verbazen. Fonteinen die hun eerste inspiratie vonden in de tuinen van Apeldoorn.