Joop Niezen onder de lat tijdens een wedstrijd van AGOVV
Gisteren is Joop Niezen overleden, de doelman die in de tweede helft van de jaren vijftig onder de lat stond bij AGOVV. Zijn periode in Apeldoorn viel samen met de pioniersjaren van het betaalde voetbal, waarin de club uit de Eerste Divisie haar plaats probeerde te veroveren tussen meer ervaren profclubs.
Van Den Haag naar Apeldoorn
Niezen, afkomstig uit Den Haag en opgeleid bij Quick, had al op jonge leeftijd laten zien dat hij een keeper met potentie was. Hij werd geselecteerd voor de jeugdelftallen van Oranje, maar het kwam nooit tot speelminuten. In 1954 maakte hij de overstap naar ADO Den Haag, waar hij ervaring opdeed op hoger niveau. Twee jaar later, in 1956, volgde zijn transfer naar AGOVV, dat actief op zoek was naar jonge, ambitieuze spelers om het nieuwe profavontuur vorm te geven. Voor Niezen betekende dit een kans om zich wekelijks te meten met sterke tegenstanders en ervaring op te doen in een competitie die volop in ontwikkeling was.
De eerste periode bij AGOVV
Bij AGOVV groeide Niezen in korte tijd uit tot een vaste waarde. Hij stond bekend om zijn rustige uitstraling en snelle reflexen, eigenschappen die hem tot een betrouwbare sluitpost maakten. In een periode waarin de Apeldoornse club vaak onder druk stond, hield hij het hoofd koel. De eerste twee seizoenen waren zwaar, met strijd tegen de onderste plekken, maar in 1958–1959 beleefde AGOVV een hoogtepunt: een derde plaats in de Eerste Divisie achter Volendam en Leeuwarden, een prestatie van formaat voor een jonge profclub.
Terug naar ADO en opnieuw naar Apeldoorn
Hierna vertrok Niezen naar ADO, dat hem graag terug wilde halen. In zijn eerdere contract bij de Hagenaars was een clausule opgenomen waarmee de club hem voor hetzelfde bedrag altijd kon terugkopen, en daar maakte ADO in 1959 gebruik van. Wat een nieuwe stap op Eredivisieniveau had moeten worden, pakte echter anders uit. Kort na zijn terugkeer kreeg de club met Aad de Jong een nieuwe trainer, die het niet in Niezen zag zitten en de voorkeur gaf aan andere keepers. Hierdoor kwam Niezen geen minuut in actie in het eerste elftal.
Omdat hij op 24-jarige leeftijd niet op de bank wilde verpieteren, zocht hij naar een oplossing. AGOVV, dat hem graag terug wilde, besloot diep in de buidel te tasten en haalde hem voor 40.000 gulden terug naar Apeldoorn. Dat seizoen betekende het achtste jaar in het betaald voetbal voor de Apeldoornse club. AGOVV speelde in de Eerste Divisie A, maar eindigde op de achtste plaats, wat rechtstreekse degradatie naar de Tweede Divisie betekende.
Tegen Haarlem liep Niezen een forse schouderblessure op, waardoor hij een aantal wedstrijden langs de kant stond. Omdat de resultaten in die periode tegenvielen, werd er vanuit het bestuur veel druk op hem uitgeoefend om in elk geval de beslissende wedstrijd te keepen. Hij gaf daar gehoor aan, en AGOVV won met 1–0. Toch kwam de club uiteindelijk één doelpunt tekort om zich te handhaven en degradeerde het naar de Tweede Divisie.
In de KNVB-beker bereikte de club dat seizoen de tweede ronde, waarin het met 3–4 verloor van Heracles. Na dit teleurstellende jaar zette AGOVV hem op de transferlijst, waarna Niezen de overstap maakte naar DHC.
Einde voetbalcarrière
Tijdens de wedstrijd Elinkwijk–DHC op 24 november 1963 brak Niezen zijn rechter kuit- en scheenbeen. Deze zware blessure maakte abrupt een einde aan zijn actieve voetbalcarrière en aan zijn studie aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding. Hij bracht een jaar door in liggips. In totaal was Niezen tien jaar semiprofvoetballer geweest.
Start in de journalistiek
Na zijn actieve sportcarrière zocht Niezen contact met Herman Kuiphof om bijdragen te schrijven voor de sportkroniek van de KNVB. Niet veel later werd hij sportredacteur bij de VARA-radio, waar hij met steun van zijn leermeester Wim Hoogendoorn onder meer verslaggever werd van het programma Marathon, de voorloper van Langs de Lijn. In 1966 raakte hij in een journalistieke discussie met voetbaldeskundige Ad van Emmenes over de moderne keeperstraining. Bondscoach Georg Kessler schaarde zich aan zijn zijde, wat zijn journalistieke profiel verder versterkte.
Hoofdredacteur bij Voetbal International
In 1966 trad Niezen in dienst bij Voetbal International (VI) en werd in 1969 hoofdredacteur. Onder zijn leiding groeide het weekblad van 45.000 naar 184.000 exemplaren per week. Hij haalde bekende namen binnen, waaronder Cees van Cuilenborg, Johan Derksen en Bert Nederlof. Zijn artikelenreeks rond het WK 1978 in Argentinië beschouwde hij zelf als zijn journalistieke hoogtepunt.
Sport International
In september 1984 nam Niezen afscheid van VI en richtte hij zich volledig op Sport International, een maandblad van de Weekbladpers. Het blad was minder commercieel en meer journalistiek gericht, en werd door de uitgever omschreven als “haar sportjournalistieke visitekaartje”.
Na zijn pensionering heeft Niezen nog twee jaar meegewerkt aan programma’s van RTV West, waar hij columns en wedstrijdanalyses verzorgde van wedstrijden van ADO Den Haag. Daarnaast schreef hij met enige regelmaat achtergrondverhalen voor het blad Nummer 14 en publiceerde hij columns op de NSP-site.
Joop Niezen werd 89 jaar.
