
De Van Kinsbergenstraat is genoemd naar de beroemde luitenant-admiraal Jan Hendrik van Kinsbergen. De straat vormt al ruim een eeuw een verbinding tussen de Dorpstraat en de Nieuwstraat en kent een rijke geschiedenis die samenkomt in één bijzonder pand: het statige herenhuis op nummer 9. Dit huis is getuige geweest van een indrukwekkende reeks bewoners, bedrijven en kleine en grote gebeurtenissen die samen een tijdsbeeld vormen van Apeldoorn.
Wanneer je het pand vandaag binnenstapt, kom je eerst in een klein entreehalletje. Rechts bevindt zich een schuifdeur en zodra je deze opent, sta je meteen midden in het restaurant. Je wordt verwelkomd door een warme en stijlvolle ambiance. Houten tafels en stoelen vullen de ruimte, en door de hoge ramen aan de voorzijde valt veel daglicht naar binnen, wat het geheel een open en uitnodigende sfeer geeft. Planten en sfeervolle lampen zorgen voor een huiselijke, ontspannen uitstraling, terwijl aan de lange wand kunst en decoratieve vaasjes de ruimte karakter geven.
Centraal in het restaurant staat de bar, waaraan gasten kunnen afrekenen of even een praatje kunnen maken. Achter deze bar loopt een trap naar de kelder, vroeger bedoeld voor de opslag van voorraad. Als je het restaurant doorloopt, vind je linksachter de keuken. De keuken is simpel ingericht: roestvrijstalen werkbanken, ovens en rekken met schone borden staan klaar voor dagelijks gebruik. Achter in het pand vind je de toiletten voor dames en heren, netjes afgewerkt en bereikbaar via een kleine hal.
De bouw en eerste bewoning
In 1904 liet Christoffel Geldof, destijds directeur van de vakscholen in Apeldoorn, een herenhuis bouwen aan de toenmalige Van Kinsbergenstraat 547/4. De bouw werd uitgevoerd door aannemer Jan Willem Wassink, die met veel oog voor detail het pand optrok in de stijl van die tijd. Het huis viel direct op door de elegante uitstraling, hoge plafonds en grote ramen, versierd met jugendstil-details die nog steeds zichtbaar zijn. Geldof woonde er samen met zijn gezin tot na 1912, waarna het huis langzaam zijn functie en bewoners zag veranderen.

Van dienstwoning tot pension
In 1919 veranderde het adres officieel in Van Kinsbergenstraat 9 en kreeg het pand nieuwe bewoners. Boekhouder Philip van Praag trok er samen met zijn vrouw Perlina Eckstein en hun kinderen in. Philip was actief binnen de Joodse gemeenschap en werd al snel benoemd tot lid van de kerkenraad van de Israëlitische gemeente. Perlina, van oorsprong verpleegkundige, begon samen met haar broer Salomon een verpleeghuis voor Joodse mensen. Aan de Van Kinsbergenstraat runde ze een pension voor patiënten uit haar eigen kring. Niet alleen het eigen gezin vond hier onderdak, maar ook mensen die verzorging nodig hadden werden liefdevol opgenomen. In de zomer van 1920 kwam Phillips moeder, Maria Oesterman, na het overlijden van haar man vanuit Amsterdam bij het gezin wonen. In december 1927 overleed zij op 80-jarige leeftijd in het huis, waarna de familie Van Praag naar de Zwolseweg verhuisde om hun pension daar voort te zetten.
Groentehandel, administratie en tuinwerk
Na het vertrek van de Van Praags kreeg het huis weer een andere bestemming. Aart Brouwer en zijn gezin namen hun intrek en brachten een nieuw elan in het pand. Aart was aanvankelijk groentehandelaar, maar ging later aan de slag als tuinman in de buurt. Zijn zoon Gerard stond bekend om zijn administratieve kwaliteiten en bood diensten aan voor buurtgenoten. De familie Brouwer woonde tot 1937 aan de Van Kinsbergenstraat 9, waarna ze verhuisden naar de Stationsstraat.
’t Wolhuis en het pension van Magteld van den Berg
In augustus 1937 opende Magteld van den Berg samen met haar man Ate Baltjes ’t Wolhuis in het pand. Voor die tijd runden zij een sigarenwinkel aan de Hoofdstraat. Kort na de opening overleed Ate, waardoor Magteld er alleen voor kwam te staan. Zij liet zich niet uit het veld slaan en bouwde het pension uit tot een geliefde plek voor vakantiegangers die Apeldoorn bezochten om te genieten van de bossen, de frisse lucht en de gunstige ligging nabij het centrum en het Loo. In advertenties bood zij kamers aan met zit- en slaapkamer, wat in die tijd een zekere luxe betekende. Ook in de oorlogsjaren bleef Magteld, als weduwe van Baltjes, het pension runnen.
Kort na de oorlog vertrok Magteld van den Berg uit Apeldoorn en zocht zij haar geluk in het westen van het land.
Nieuwe gezichten na de oorlog
Het vrijgekomen herenhuis aan de Van Kinsbergenstraat 9 werd vervolgens het nieuwe thuis van Gerard de Beer en Wilhelmina Taks. Het jonge stel was afkomstig uit Tilburg, waar zij net getrouwd waren. Gerard was van beroep kok en had zich al snel in Apeldoorn gevestigd, waar in maart 1946 hun eerste zoon Norbert werd geboren. Een jaar later volgde dochter Maria en in 1950 kwam Helena ter wereld.
Gerard werkte niet alleen als kok in verschillende restaurants, maar was daarnaast ook keurmeester op dierententoonstellingen, waar hij zijn passie voor dieren kon combineren met zijn kennis en ervaring. Wilhelmina was eveneens actief in de horeca en was kantinebeheerster. Gerard had een diploma van de hotelvakschool en was door zijn vakmanschap gewild in de horeca. Hij werkte als chef-kok bij hotel-restaurant Hermitage in Zeist.
De periode in Apeldoorn was voor het gezin een tussenstap. Op 1 augustus 1965 kreeg Gerard een aanstelling als bedrijfsleider van het NKV-gebouw in Losser. Dit betekende het einde van hun verblijf aan de Van Kinsbergenstraat. Het gezin de Beer verliet Apeldoorn en begon een nieuw hoofdstuk in Overijssel.
Aannemersbedrijf en pension in één
Hierna betrok aannemer Hendrik Jan van Norel met zijn vrouw Maria Bakker en hun zes kinderen het huis. Terwijl Hendrik zich volledig stortte op zijn aannemersbedrijf, dat hij in 1958 overnam van Peter Gaasbeek, ging Maria de pensiongasten ontvangen. Het huis bood, ondanks de veranderingen, nog altijd kamers aan vakantiegangers. In 1961 logeerden hier bijvoorbeeld Wim van der Weide uit Hilversum en Johanna van Kessel uit Beek en Donk, die er verbleven ter voorbereiding op hun huwelijk. Het herenhuis stond bekend om de fraaie jugendstilelementen die tot op de dag van vandaag zichtbaar zijn.

Leegstand, krakers en Perzische tapijten
In de jaren tachtig raakte het pand in een andere fase. Hendrik Jan van Norel was inmiddels op leeftijd en wilde het huis verkopen om van zijn pensioen te genieten. Hij vroeg aanvankelijk 475.000 gulden, maar kopers bleven uit. Het huis kwam leeg te staan en werd uiteindelijk gekraakt door een groep van acht mensen. Van Norel raakte er moedeloos van en zocht regelmatig zijn toevlucht bij Davoud Mirbagheri, een Iraanse ondernemer die aan de overkant van de straat een ontmoetingscentrum had. Mirbagheri zag dagelijks de verloedering van het pand vanuit zijn raam en kreeg uiteindelijk het idee om het te kopen, ondanks dat hij weinig middelen had. Hij bood 100.000 gulden, waarop Van Norel direct akkoord ging.
Mirbagheri wachtte het moment af dat de krakers even weggingen. Op het juiste moment spijkerde hij het pand met houten planken dicht. Bij terugkomst belde de krakers de politie, maar zij deden niks, waardoor de nieuwe eigenaar het pand weer tot zijn beschikking kreeg, maar trok in het pand een ravage aan. Er volgde een grote verbouwing, waarbij in de zomer van 1984 een stuk werd aangebouwd en het pand een nieuwe gevel kreeg, compleet met een transparante ronde koepel boven het raam. Mirbagheri vestigde zijn winkel in Perzische tapijten, ‘Davoud Tapijten’, en verhuurde de bovenverdieping als appartementen.

Van espressobar tot Italiaans restaurant
Toen Mirbagheri in 1988 zijn tapijtenwinkel verhuisde naar een ander pand aan de Van Kinsbergenstraat, liet hij nummer 9 grondig verbouwen en aanpassen aan de nieuwe eisen. Met brandwerende voorzieningen, nieuwe deuren, glas en veiligheidsmaatregelen voldeed het huis aan de hoogste eisen van die tijd. Daarna werd het pand verhuurd aan Hendrik Jansen en Willem de Zeeuw, die er op 19 oktober 1988 espressobar Gino openden. Het bleek geen succes: na enkele maanden vertrok Jansen, en in 1990 ging De Zeeuw failliet.

Het eerste restaurant aan de Van Kinsbergenstraat
Hierna volgde er een ingrijpende verbouwing. Het pand werd volledig getransformeerd tot een echt restaurant met een afgesloten keuken. De tussenmuur werd verwijderd, waardoor er één ruime, open eetzaal ontstond.
Enkele jaren later, in 1995, vestigde Luigi Pompilio Pietro Grassotti er het Italiaanse restaurant Trattoria Da Gino. Grassotti had 30 jaar bij restaurant Roma gewerkt, maar wilde nu iets voor zichzelf beginnen. Met zijn komst kreeg de Van Kinsbergenstraat voor het eerst een restaurant, waarmee een nieuwe fase aanbrak. Na zeven jaar besloot Luigi toch weer terug te keren naar zijn oude werkgever. Het pand kwam daarna in handen van Antonio Contu en Angelo Bidotti, die er Ristorante Da Vinci openden. Da Vinci werd een begrip in Apeldoorn en bleef maar liefst 21 jaar bestaan.

Nieuwe tijd, nieuw restaurant
In juni 2024 sloot Da Vinci zijn deuren. Het stokje werd daarna overgenomen door Nick van Nes, die er op 17 juli 2024 The Olive Tavern opende. Daarmee kreeg het pand opnieuw een nieuwe bestemming, in lijn met de traditie van gastvrijheid en ondernemerschap die het pand al meer dan een eeuw kenmerkt.
Het pand vandaag
Van Kinsbergenstraat 9 is inmiddels uitgegroeid tot een van de meest beeldbepalende panden in het hart van Apeldoorn. De buitenzijde is weer volledig in originele staat teruggebracht. Het herenhuis, nu rijksmonument, ademt de sfeer van het begin van de twintigste eeuw. Het gebouw is nog altijd in handen van Davoud Mirbagheri en de karakteristieke gevel en jugendstil-details zijn behouden gebleven. Het huis draagt de sporen van alle levens, verhalen en bedrijven die er de afgelopen 120 jaar onderdak vonden.
1 gedachte over “Het verhaal van Van Kinsbergenstraat 9: Van herenhuis tot restaurant”