
Rinus staat voor zijn bakkerij, gereconstrueerd naar voorbeeld van oude, onduidelijke foto's.
Marinus Jacobus Vonk werd op 26 december 1868 geboren aan de Noteboomenlaan 60 in Amersfoort als zoon van bakker Johannes Vonk en Gerritje van Goor. Rinus groeide op in een groot gezin waar het verdriet altijd dichtbij was. Van de zeven kinderen stierven er vijf al op jonge leeftijd. Dat gemis was dagelijks merkbaar in huis, maar het zorgde er ook voor dat de familiebanden hecht bleven.
Het gezin Vonk leefde streng volgens de gereformeerde leer. Het geloof bepaalde het ritme van de dag en stond centraal bij alles wat er gebeurde. Vader Johannes las dagelijks uit de Bijbel, er werd veel gebeden en de zondag werd strikt als rustdag gevierd. Werken op zondag was uit den boze en alles draaide om gehoorzaamheid aan Gods geboden, soberheid en trouw aan de kerk.
Van jongs af aan werden Rinus en zijn broer klaargestoomd voor het bakkersvak. Zij leerden het ambacht in de bakkerij van hun vader aan de Utrechtsestraat. Toen vader Johannes in 1885 op 59-jarige leeftijd plotseling overleed, stond de jonge Rinus voor de taak zijn eigen weg te vinden binnen het vak.
Van Bakkersknecht tot Ondernemer
Na het overlijden van zijn vader werkte Rinus als bakkersknecht in verschillende steden en regio’s, waaronder Zeeland, Den Haag en zelfs België. Deze omzwervingen gaven hem niet alleen vakkennis, maar ook inzicht in het ondernemerschap.
Op 11 maart 1895 nam Rinus een belangrijk besluit: hij verhuisde van Den Haag naar Apeldoorn. Hier nam hij de bakkerij van Gerrit Jan Roeterdink aan de Dorpstraat over. Op 1 mei 1895 werd hij officieel eigenaar van de zaak, waarvoor hij 10.000 gulden betaalde, een aanzienlijk bedrag in die tijd. Zijn moeder kwam bij hem inwonen, net als knecht Johannes Sijpeling, die hem zou bijstaan in de bakkerij.

Gezinsleven en Innovatie
Korte tijd na zijn vestiging in Apeldoorn trouwde Rinus met zijn jeugdliefde Aartje van den Burg. Op 26 september 1895 werd het huwelijk gesloten in Amersfoort. Aartje trok een maand later in bij Rinus boven de bakkerij.
Rinus was niet bang om te investeren in innovatie. In 1896 liet hij een moderne hete luchtoven plaatsen en breidde hij zijn personeelsbestand uit. Hoewel het werk in de bakkerij zwaar was en de dagen lang, hield Rinus vast aan de zondagsrust. Zijn gereformeerde overtuiging schreef voor dat de zondag een dag van rust en bezinning was. De winkel bleef dan ook altijd gesloten op zondag, iets wat in de nieuwe tijd zeker niet vanzelfsprekend was.
Maatschappelijke Betrokkenheid en Zondagsrust
Rinus stond midden in de samenleving. In 1900 werd hij stemgerechtigd lid van kiesvereniging N. en O. Toen in 1903 de Nederlandse Banketbakkersvereniging plannen maakte om de zondagsrust wettelijk te reguleren, mengde Rinus zich in het debat. In ingezonden brieven liet hij van zich horen en pleitte hij voor het behoud van de zondagsrust voor bakkers.
Zijn betrokkenheid leidde tot de oprichting van de commissie “Zondagrust voor Banketbakkers”, waarin Rinus de rol van secretaris vervulde. Deze commissie zette zich in om ook in het bakkersvak de zondagsrust als norm te behouden.
Nieuw Pand en Hofleverancier
In de zomer van 1904 brak een nieuw hoofdstuk aan voor het bedrijf. Het oude winkelpand werd gesloopt en op dezelfde plek verrees een dubbel winkelpand, dat de naam “de Adelaar” kreeg. Op de gevel stonden twee beelden van adelaars, die een herkenningspunt werden in de Hoofdstraat. Achter de winkel liet Rinus een ijskelder, een salon en een wintertuin bouwen. De salon kreeg een drankvergunning, zodat bezoekers ook in een sfeervolle setting konden genieten van een drankje.

Op 31 augustus 1904 kreeg de bakkerij het predicaat “Hofleverancier”. Dit was een officiële erkenning voor de kwaliteit en reputatie van het bedrijf en gaf de bakkerij extra status in Apeldoorn en omgeving.
Kerkelijke en Lokale Activiteiten
Rinus bleef zijn hele leven actief binnen de gereformeerde gemeenschap. In 1913 werd hij tot diaken gekozen in de Gereformeerde Kerk. In deze functie beheerde hij onder meer de financiën en was hij verantwoordelijk voor de armenzorg. Ook buiten de kerk was hij betrokken: zo speelde hij een rol bij de opening van de gemeentelijke zweminrichting in 1915 en leidde hij in 1917 een vergadering over de concentratie van bakkersbedrijven, tijdens de steenkolencrisis.

Hoogtepunten en verdriet
In 1925 was Rinus voorzitter van het Uitvoerend Comité van de eerste Nationale Tentoonstelling op Bakkerijgebied in Apeldoorn. Tijdens deze tentoonstelling won zijn bakkerij prijzen voor onder meer hors d’oeuvres en crème au beurre-taarten.
Het leven van Rinus kende echter ook diepe dalen. Hij verloor in 1898 en 1901 twee jonge kinderen. In 1931 overleed dochter Everdina na een kort ziekbed, een verlies dat het gezin zwaar trof. Door haar dood sloot de bakkerij tijdelijk haar deuren.
Laatste jaren en overlijden
Na deze ingrijpende gebeurtenissen besloot Rinus het rustiger aan te doen. Samen met zijn vrouw verhuisde hij naar een woning aan de Kerklaan 47. Hier overleed hij op 30 juni 1932, 63 jaar oud. Zijn begrafenis vond plaats op 4 juli 1932 en werd bijgewoond door familie, vrienden en bekenden uit het vak.

Na zijn overlijden zette zijn vrouw Aartje samen met zoon Rinus de bakkerij voort onder de naam Firma M. J. Vonk.